Copyright

Copyright P.Kats. Zonder mijn toestemming mogen mijn verhalen niet gekopieerd worden en/of gepubliceerd worden. Linken mag uiteraard wel.

maandag 6 januari 2014

Scootmobielperikelen



De uitvinding van de scootmobiel is een bevrijding geweest voor veel mindervaliden en ouderen. Door aanpassingen van trottoirs, winkels en openbare gebouwen zijn ze minder afhankelijk geworden van hulp. Er zijn mensen die zich eraan irriteren, omdat sommige bestuurders het niet zo nauw nemen met de verkeersregels. Ze zijn echter niet meer weg te denken in de maatschappij. De scootmobiel heeft echter ook zijn beperkingen.

Opa, die in een ver verleden autocoureur was geweest, moet zich wel op een sportieve manier verplaatsen om zijn vaardigheid een beetje bij te houden. Opa, die al over de 80 jaar oud is, steekt eigenwijs de Groene Kruisweg over, niet bij een oversteekplaats, maar gewoon halverwege door de berm.
Hij steekt twee rijstroken over en rijdt vervolgens tegen de hoge trottoirband op de middenberm in. Goed kijken naar het aanstormende verkeer van rechts en alsnog daarvoor oversteken. Je klikt de schakelaar van de scootmobiel op het symbool van de haas, geef volgas en je schiet vooruit. Dat haal je dan ook makkelijk. De hoge trottoirband aan de andere kant van de middenberm af en racen naar de overkant. Althans, dat was de bedoeling. Het nadeel van 3 wielen is, dat bij het te scherp draaien met het voorwiel, de scooter wel eens omslaat. En dat gebeurt ook.
Met scootmobiel en al slaat Opa om en ligt op de linkerrijstrook van de Groene Kruisweg. De bestuurder van de voorste auto op rechterrijstrook ziet het gebeuren en remt stevig af. De auto die achter hem rijdt, wijkt uit naar de linkerrijstrook, maar ziet daar Opa liggen. Hij wil Opa niet raken, dus rijdt hij tegen de hoge trottoirband op de middenberm in en komt daar tot stilstand met twee vierkante voorvelgen. En als klap op de vuurpijl botst er nog een auto op de auto die op de rechterrijstrook stilstaat.
Er ontstaat een chaos. Dan is er gelukkig het tijdperk van de mobiele telefoon en de chaos is compleet. Uit de vele telefoontjes kan de meldkamer opmaken dat er een man met een scootmobiel is aangereden door een auto, zwaargewond op het wegdek ligt en er een auto tegen een boom in de middenberm is aangeknald en er mogelijk mensen bekneld zitten. Verder staat de achterste auto mogelijk in brand.

Als eerste voertuig komen wij ter plaatse en schatten de situatie in. Er ligt inderdaad een scootmobiel op de linkerrijstrook, maar Opa staat er springlevend naast. Hij staat er breedlachend bij en vindt alle commotie reuze interessant. Er staat een auto in de middenberm met twee lekke banden, dichtbij een boom maar er niet tegen, zonder mensen erin. Verder staan er twee auto’s op de rechterrijstrook met schade, die kennelijk tegen elkaar gebotst zijn. Uit de achterste auto komt stoom uit de kapotte radiateur.

Wij hebben geen idee wat hier gebeurd is, maar inmiddels horen we een berg sirenes en komen van alle kanten brandweerwagens en ambulances aanrijden inclusief een traumahelikopter die na korte tijd later boven ons hoofd cirkelt.
Na een paar getuigen gehoord te hebben, wordt ons een stuk duidelijker wat er gebeurd is. Opa is helemaal niet aangereden, maar is eigenlijk de verdachte van het veroorzaken van een verkeersongeval.

We hebben Opa meegenomen naar zijn woning, een nabijgelegen bejaardenhuis en daar verder alle papieren ingevuld. We hebben hem duidelijk gemaakt dat hij beter niet meer door de middenberm kan oversteken. Wederom breedlachend gaf Opa ons een hand. Hoofschuddend lopen we weg, de vraag zal zijn of hij ervan geleerd heeft. Gelukkig is het goed afgelopen!
Voor een vrouw op een scootmobiel is onze hulp, volgens haar, de mooiste hulp die ze ooit gehad heeft. In de vrieskou, het is een paar graden onder nul, heeft ze haar boodschappen gehaald. Op de Pleinweg begeeft haar scootmobiel het. Na ruim een half uur geprobeerd te hebben om de aandacht van automobilisten of voorbijgangers te trekken zonder dat iemand reageerde, begint ze het toch wel koud te krijgen. Een medewerkster van cameratoezicht, die de vrouw via de camera’s ziet staan, merkt op dat de vrouw al geruime tijd stilstaat en aan het wenken en zwaaien is. De medewerkster pleegt een belletje naar het bureau en vraagt of we even op de locatie willen kijken of het wel goed gaat met de vrouw.
Ik heb die dag motorsurveillance en ben even op het bureau om me op te warmen. Via het beeldscherm op het bureau zie ik dat de vrouw zit te klappertanden. Snel trek ik mijn jas aan en spring op mijn motor. Binnen een minuut ben ik ter plaatse, samen met Jaap, de wijkagent, die op de fiets is. Het blijkt dat de accu’s van de scootmobiel het begeven hebben. Ze is erg blij ons te zien en vertelt dat ze 600 meter verderop woont. Ik ontgrendel de scootmobiel, stap op mijn motor en vertel de vrouw dat ze een lift van ons krijgt. Het is een hilarisch gezicht. Ik duw met mijn voet tegen de achterzijde van de scootmobiel en Jaap op de fiets duwt ook tegen de rugleuning van de scootmobiel. Ze schiet vooruit en binnen korte tijd bereiken we een flinke snelheid. De vrouw giert het uit van het lachen, wat voorbijgangers met verbazing doet kijken. Uiteraard volgt cameratoezicht onze verrichtingen via de camera’s en de beelden leveren bij de meekijkende collega’s van de meldkamer en op het bureau grote schik op.
Na een week krijgen we via de korpsleiding een mailtje van de vrouw, waarin ze de politieagenten hartelijk bedankt voor de snelle hulp en de racetocht naar huis.