maandag 1 september 2014

Vlammetjes


Er zijn mensen in ons surveillancegebied die je altijd op straat ziet. Zodra er een incident is staan ze met hun neus vooraan en bemoeien zich overal mee. Je hebt dan eigenlijk twee soorten die op komen dagen, de goeie en de slechte. Van de goeie hebben we vaak niet zo’n last, daar krijgen we nog wel eens tips van.

We hebben de scannerrijders (tegenwoordig P2000), zoals Michel, die op z'n brommertje steevast meerijdt naar meldingen. Hij maakt dan stiekem foto's van onze acties, maar geeft ook tips aan ons van mogelijke verdachten in de omgeving.
Zo hebben we ook Bertus uit de B-straat, gelegen in de slechtste wijk van Rotterdam-Zuid. Bertus is zo’n goeie, helaas is hij wel alcoholist. Bertus is alleenstaand en heeft heel weinig familie of vrienden. Bertus beschouwt ons als ZIJN vrienden.
Bertus heeft het directe telefoonnummer van de wachtcommandant van bureau Zuidplein en belt ons, soms tot overmaat van ramp, regelmatig met zijn hese stem op als hij weer wat gezien heeft op het gebied van drugs en wapens. Vooral als hij niet al teveel alcohol op heeft trekken we zijn tips na, maar als hij lallend belt houden we hem straal voor de gek net zo lang tot hij ophangt of wij de hoorn erop gooien. Bertus doet dan of hij boos wordt, maar we weten dat hij de aandacht, die hij krijgt, geweldig vindt.

‘s Nachts om 03.00 uur belt hij weer eens op, al wauwelend, en meldt dat hij vlammetjes aan de overzijde bij de buren ziet. Ik zet hem op de luidspreker, zodat de aanwezige collega’s mee kunnen luisteren, en vraag hem met een eveneens hese stem of het oranje vlammetjes zijn of vlammetjes uit de frituurpan. Vervolgens roep ik naar Bertus dat het tijd wordt om zijn pyjama aan te doen en te gaan slapen en hang op. Maar Bertus blijft achter elkaar bellen, iets wat hij nooit doet. Ondanks dat hij weer aardig onder invloed lijkt, klinkt zijn stem toch wel serieus. Ik beloof dat we komen en we rijden toch wel met gezwinde spoed naar het adres toe. Bertus staat in zijn onderbroek op straat heftig te gebaren naar het pand aan de overkant en we zien inderdaad vlammen op de begane grond in de woonkamer van de woning. We verzoeken de meldkamer onmiddellijk om de brandweer te sturen.
We trappen de deur van de woning open en roepen of er mensen aanwezig zijn. Van boven van de trap komt er een man in nachtkleding aangewaggeld, die halverwege de trap blijft staan. We vragen of er nog meer mensen in de woning aanwezig zijn en het blijkt dat zijn vrouw nog op bed ligt. Hij vraagt wat er aan de hand is en we schreeuwen dat hij onmiddellijk zijn vrouw uit bed moet halen en naar buiten moet komen omdat zijn woonkamer in de fik staat. Hij staat ons zo schaapachtig aan te kijken dat mijn collega hem opzij duwt, de trap opstormt en de vrouw uit bed trommelt. Na korte tijd staan de man en zijn vrouw klappertandend op straat. Bertus is echt boos op ons, omdat wij hem niet wilden geloven. Niet zo gek natuurlijk, maar deze keer heeft hij echt gelijk en we bieden onze excuses aan.
Nog geen 5 minuten later slaan de vlammen uit het pand en is ook de weg naar de bovenverdieping geblokkeerd door het vuur. We besluiten om Bertus eens in het zonnetje te zetten en bellen stiekem Radio Rijnmond. De volgende dag wordt Bertus als een held door radio Rijnmond geïnterviewd. Hij heeft het dubbel en dwars verdiend en we hebben echt ons best gedaan om ons icoon in het zonnetje te zetten. Ik voorzie Bertus van een lekkere doos sigaren en hij glundert van oor tot oor.
Hierna gaat alles weer op de oude voet verder, totdat we Bertus enige dagen niet zien. Dat is vreemd, dus gaan de collega’s poolshoogte nemen. Ze trappen de deur eruit en Bertus ligt dood op bed. Ik hoor dat Bertus overleden is en begraven zal worden op de Zuiderbegraafplaats. Gebruikelijk is het niet echt, maar op de dag van zijn begrafenis rij ik samen met een collega, in uniform, naar de kapel van de begraafplaats, waar we de afscheidsdienst bijwonen. Wat is de weinige familie blij om te horen dat we toch trots zijn op onze Bertus, ondanks de vele loze telefoontjes naar de wachtcommandant. We hebben het daarna nog vaak over Bertus gehad en eigenlijk missen we hem toch best wel….
volgende blog 15 september