Met kerstavond wordt er altijd een kerstmaaltijd voor de dienstdoende collega’s geregeld.
We proberen dan gezamenlijk als district om de maaltijd te nuttigen op het bureau, een nabijgelegen district neemt dan meestal waar. Zo hebben we dit jaar afgesproken dat wij om 02:00 uur een half uur gaan eten en district 9 om 02:30 uur.
Waarschijnlijk leeft de kerstgedachte bij twee families niet zo, want voordat we de maaltijd kunnen gebruiken rijden we met spoed naar een schietpartij. Ook het aangrenzende district 9, waar die straat onder valt, rijdt met ons mee. Er is daadwerkelijk iemand neergeschoten en de dader verschuilt zich in een nabijgelegen woning.
Omdat er zoveel tijd in de melding en de afhandeling gaat zitten, zijn we uiteindelijk om 06:00 uur terug op het bureau.
En daar staat onze maaltijd, de koud geworden saté, de waxinelichtjes en keurig gedekte tafel, niemand heeft echter om dit tijdstip nog zin om eten naar binnen te gaan werken. Eigenlijk baalt iedereen als een stekker, je merkt dat de stemming niet vrolijk ervan geworden is. Ook nog eens doordat het buiten behoorlijk fris is en iedereen behoorlijk lang in de kou gestaan heeft.
Op de tafel in de wacht staat een overvloed aan eten en drinken wat dreigt weggegooid te gaan worden en ik sta te verzinnen wie ik nou eens blij zou kunnen maken.
Het wonderlijke is dat er altijd wel een oplossing voor zoiets komt, want in de wachtcommandantruimte zie ik via camerabeelden dat een bekende zwerver op het busstation Zuidplein de vuilnisbakken aan het leeghalen is om te kijken of er nog wat eetbaars te halen valt.
Snel pak ik een doos en stop daar diverse lekkernijen in. Ik roep naar de wachtcommandant dat hij cameratoezicht moet bellen om te zorgen dat ze de zwerver in beeld houden, omdat ik deze van een koningsmaaltijd ga voorzien. Ook neem ik een kerstmuts mee, die op de tafel ligt.
Ik ren met de doos naar de auto, spring erin en race naar het busstation.
Ik hoor van de wachtcommandant dat de man zojuist richting de van Swietenlaan is gelopen, buiten het zicht van de camera’s.
Op dat moment rij ik de van Swietenlaan in en zie de man inderdaad lopen.
Ik stop aan het begin van de van Swietenlaan en roep hem aan dat hij even naar mij toe moet komen, want ik wil vooral in het zicht van de camera’s hem de doos geven.
Hij heeft dit natuurlijk niet door, dus de hilariteit op het bureau is natuurlijk groot als hij onder de camera de doos met heerlijke belegde broodjes, een slaatje, een pakje melk, fruit enz. krijgt en er verlekkerd inkijkt. Het lijkt wel een uitreiking van een prijs.
Ik zeg tegen hem dat hij op het bankje bij het Zuidplein moet gaan zitten en daar lekker moet gaan zitten om te eten. Het is geweldig om te zien hoe dankbaar hij is.
Ik loop met hem mee naar het betreffende bankje en zeg dat hij daar maar moest gaan zitten eten, uiteraard in het zicht van de camera’s, en na afloop alles op moet ruimen en in de vuilnisbak moet doen. Ik pak de kerstmuts uit mijn zak en zeg dat hij deze wel op moet zetten, omdat het tenslotte wel kerst is. Lachend pakt hij de muts aan en zet hem op.
Als ik terug op het bureau kom hebben we de zwerver op grote beelden bij de wachtcommandant in het zicht. We hebben ontzettend gelachen en genoten. Ondanks dat we zelf niet van een kerstmaaltijd genoten hebben, nemen deze beelden alle chagrijnigheid bij de collega’s weer weg.
Als een koning zit de man met zijn rood/witte puntmuts op het bankje aan zijn koningsmaaltijd. Hij graaide constant in de doos om te kijken wat hij direct daarna weer kon verorberen. Hij zit niet te eten, maar te vreten.
Hierna hebben we het opvangtehuis “de Hille” gebeld en gevraagd of ze de overige dozen met eten en drinken wilden hebben, wat ze graag wilden. We hebben hierop de bus volgeladen en alles naar het opvangtehuis gebracht.
Zo kwam alles toch nog op een goede bestemming en niet in de vuilnisbak.
De kerstgedachte kwam op deze manier toch tot zijn recht en met een vette glimlach verliet ik het bureau Zuidplein op weg naar mijn bed.