zaterdag 14 september 2013

Diarrace

Op een avond tijdens surveillance kwam ons een auto op de Y weg met vrij hoge snelheid tegemoet. Nieuwsgierig zoals we altijd bij dit soort dingen zijn, keerden we ons voertuig en zetten de achtervolging in. We moesten alle zeilen, met in acht neming van de veiligheid,bijzetten om enigszins in de buurt van de auto te komen. De bestuurder reed echt flink door en maakte zoveel verkeersovertredingen dat we hem direct wilden stoppen. We zetten ons stopbord aan de voorzijde aan, maar hieraan gaf de bestuurder geen gevolg. We reden inmiddels de Z weg op en de bestuurder sloeg de C laan in. Dan maar blauw licht erbij, maar ook dat hielp niet. Toen maar de sirene erbij, maar ook daar stopte hij niet voor. We gaven aan de meldkamer door dat we een achtervolging hadden achter een vermoedelijk gestolen auto, een witte Volkswagen Caddy,  voorzien van kenteken XXXX. De meldkamer meldde dat het voertuig niet als gestolen stond gesignaleerd, maar thuishoorde in dezelfde wijk op straat X. Hij reed dus richting zijn woonhuis, dat was vreemd ! En inderdaad stopte de auto op straat X voor de deur. Een manspersoon sprong uit de auto en rende naar de voordeur. Ik sprong ook uit de surveillance-auto en rende achter de man aan. Deze had inmiddels de voordeur met de sleutel opengedaan en ‘vluchtte’ naar binnen. Hij liet daarbij de voordeur openstaan met de sleutelbos nog in het slot. Ik snapte er helemaal niets van en naderde met voorzichtigheid de voordeur en stapte binnen. Inmiddels stond mijn collega achter mij en kwamen van alle kanten politie-auto’s met toeters en bellen aanrijden. We stapten de gang binnen, het was donker in de gang en de man was verdwenen. Tot ik halverwege de gang het licht van de WC zag branden en een heftig gekreun hoorde, gevolgd door een geluid of er een gasontploffing plaatsvond. Deze situatie herhaalde zich nog een keer. Vervolgens hoorden we een kreunende stem zeggen : “Politie, Als u daar bent, ik kom zo bij u, ik weet dat ik overtredingen heb gepleegd, maar dit was verschrikkelijk. Ik kon het niet meer ophouden ! “. We keken elkaar aan en schoten in de lach. Buiten gekomen stond een leger van politiemensen ons aan te staren, ze begrepen er helemaal niets van. We vertelden in het kort wat we gehoord hadden, waarop ze inrukten. Inmiddels kwam de man van het toilet af en kwam naar buiten. Hij stak me een hand uit, maar beleefd weigerde ik deze hand.  Hij moest hier zelf ook om lachen en vertelde dat hij zo ontzettend naar het toilet moest dat hij alle regels aan zijn laars had gelapt. Ook vertelde hij dat hij ons stopteken gezien had, maar bang was dat hij alles zou laten lopen als wij hem zouden controleren. Dan maar bekeuringen, maar geen ontploffing in de auto. Zijn gezicht sprak boekdelen ! We hebben hem uiteindelijk maar gewaarschuwd en zijn lachend in de auto gestapt. Heel de regio heeft mee kunnen genieten van onze berichtgeving terug naar de meldkamer.