Ik word uitgenodigd door
een vereniging van mensen met een verstandelijke beperking om in een dorpje in
Zeeland iets te komen vertellen over mijn werk.
Ik ben ruim op tijd en
nieuwsgierig rijd ik met mijn motor een rondje door het dorp. Het valt mij op
dat de dorpskern letterlijk in ringen rond de kerk gebouwd is.
Plotseling word ik
bijna letterlijk omvergereden door twee jongens op een scooter zonder helm en zonder
kentekenplaat. Als ik ze wil aanspreken, gaan ze er vandoor. De scooter kan wel
eens gestolen zijn, dus ga ik er achter aan. Het wordt een stevige
achtervolging door het dorp. Ik zet mijn zwaailicht en sirene aan, met als
gevolg dat binnen de kortste keren een groot aantal dorpsbewoners op straat
staan. Ik word het zat als ik inmiddels al zeven keer de kerktoren voorbij
gereden ben. Ik ga naast de scooter rijden en grijp de bijrijder vast aan zijn
jas. Deze houdt echter de bestuurder stevig vast, zodat beiden een groot stuk
naar achteren schuiven en de bestuurder met uitgestrekte armen de scooter moet
besturen. Het gevolg is dat de scooter zijn voorwiel omhoog tilt en
onbestuurbaar wordt. De scooter rijdt de struiken in en beiden worden
gelanceerd.
Ik plaats razendsnel mijn motor op de standaard en grijp de
bestuurder van de scooter vast. De bijrijder wil zijn vriend ontzetten, dus
pakt mij vast. Opeens komt er een man aanrennen die de bijrijder vastpakt in
een houdgreep, zodat ik de bestuurder kan overmeesteren. Ik heb hem vrij snel
onder controle, maar als ik om mij heen kijk weet ik niet wat ik zie. Van alle
kanten komt er publiek aangerend, wat in Rotterdam reden is om met spoed wagens
erbij te vragen. Vertwijfeld vraag ik me af waar ik aan begonnen ben, maar de
man die de bijrijder overmeestert blijkt een collega politieagent en zegt:
“Rustig maar, niets aan de hand, allemaal goed volk!”.
De scooterrijders blijken
twee broers te zijn, die behoorlijke lastposten zijn in het dorp. De mensen
zijn blij dat er eindelijk iets aan gedaan wordt door de politie en willen dat
uiteraard graag met eigen ogen zien.
De scooter blijkt geen
kenteken te hebben en wordt meegenomen door ter plaatse gekomen collega’s van
Zeeland.
Uiteindelijk met een
half uur vertraging rijd ik naar het verenigingsgebouw, waar ze op mij zitten
te wachten. Ik hoef niet eens uit te leggen wat er gebeurd is, want het hele
dorp weet het al.
Het is een spectaculair
begin van een hele mooie middag. De motor wordt met wat manoeuvreren midden in
de zaal van het verenigingsgebouw geplaatst. Ze mogen, als het kan, plaatsnemen
op de motor. Dankbaarder publiek kun je niet hebben, hun gezichten glimmen!
Na
afloop word ik uitgezwaaid en met een tevreden gevoel verlaat ik het dorp.
Volgende blog 11/07