Copyright

Copyright P.Kats. Zonder mijn toestemming mogen mijn verhalen niet gekopieerd worden en/of gepubliceerd worden. Linken mag uiteraard wel.

vrijdag 16 mei 2014

Schiet me maar dood!

We zijn afhankelijk van burgers die de meldkamer bellen als ze verdachte situaties zien of horen. Tegenwoordig doen we onze uiterste best om burgers, die een melding gedaan hebben, terug te bellen en even de afloop te laten weten van een melding. Dit is helaas niet altijd mogelijk, maar we stimuleren de collega’s wel om dit zoveel mogelijk te doen. Maar tijdens surveillance worden dingen  je ook wel eens in de schoot geworpen,je krijgt ze op een presenteerblaadje.

Samen met Anja van de verkeerspolitie rijden we om 03:00 uur ’s nachts op de A weg in de richting van de tunnel. Het is vrij rustig op de autosnelwegen, dus duiken we de stad maar eens in om te kijken of daar meer te beleven valt. Tegengesteld uit de tunnel zien we een auto aan komen rijden, zonder verlichting en grote rookwolken achter zich latend.  Als de auto dichterbij is zien we dat de motorkap wel een dak lijkt en de hele voorkant in de prak zit. Aan de voorkant is niet meer te zien wat voor merk auto het is. “Wat is dit nou?” roept Anja en keert onze dienstauto, nog net op tijd voor we de tunnel inrijden. Ondanks de schade heeft de bestuurder er nog flink de vaart in. De achterlichten van de auto, een gloednieuwe BMW 7-serie, branden wel, hoewel we de rook ook zouden kunnen volgen. Ondanks het stopteken blijft de auto stevig doorrijden. Na de toeters en bellen aangezet te hebben slaat de auto plotseling linksaf een straatje in en stopt abrupt.

Er springt een jongeman uit de auto en ik heb me al voorbereid op een achtervolging te voet. Echter komt de jongen, al schreeuwend en druk gebarend, naar onze auto toegelopen. Ik spring uit onze dienstauto en sommeer hem te blijven staan. Met grote ogen kijkt hij me aan en schreeuwt : “Oh mijnheer, schiet me maar dood, schiet me alstublieft dood!”. Ik blijf op veilige afstand staan, omdat ik niet weet wat er precies gebeurd.  Anja is ook uitgestapt, blijft ook op veilige afstand en roept naar de jongen dat hij op zijn knieën moet gaan zitten en luisteren wat hij moet doen. Hij gaat gewillig op zijn knieën zitten, met zijn rug naar ons toe, zijn handen in zijn nek. Hij wijst met zijn vinger naar zijn nek en schreeuwt naar Anja : “Hier mevrouw, hier moet u mij doodschieten, anders maakt mijn broer me wel dood!“ Met verbijsterde blikken kijken Anja en ik elkaar aan en ik gebaar dat ik hem ga boeien. Voorzichtig benader ik de jongen en sla hem in de boeien. Ik fouilleer hem om te kijken of hij geen wapens bij zich heeft, maar hij heeft niets bij zich.

We zetten hem overeind en kijken in het gezicht van een radeloze jongen. Bijna struikelend over zijn woorden vertelt hij dat hij zojuist met de gloednieuwe BMW tegen een betonnen barrier aan de noordkant van de tunnel is gereden. De BMW is eigendom van de werkgever van zijn broer. Zijn broer gaat morgen trouwen en heeft de auto te leen gekregen om met zijn bruid op deze heugelijke dag luxe rond te toeren.

De jongen, Koos, blijkt 17 jaar oud te zijn, dus nog niet in het bezit van een geldig rijbewijs. Nadat zijn broer in slaap is gevallen, heeft hij stiekem de autosleutels uit diens zak gepakt om een tourritje door Rotterdam te maken. Stilletjes sluipt hij de trap af en stapt in de dure bolide. Op de B weg trapt hij het gas van de 12 cilinder eens lekker in. Maar dan komt de bocht naar de tunnel en zijn snelheid is veel te hoog. Hij klapt met de voorzijde tegen de betonnen barrier aan en raakt in paniek. Hij wil, ondanks de grote schade, weg. Waarheen weet hij niet, dus rijdt de tunnel in richting Zuid. Tot overmaat van ramp komt hij dan ook nog een politiewagen tegen die de achtervolging inzet, na korte tijd zelfs met zwaailicht en sirene. Hij besluit dan toch maar te stoppen, maar wil het liefst dood zijn. Ik heb best wel medelijden met hem, want hoe gaan we dit inderdaad aan zijn broer vertellen? Koos vertelt dat hij zijn broer redelijk kent en dat die alles bij elkaar zal gaan gillen als hij dit ‘nieuws’ hoort.

We houden Koos aan en brengen hem over naar het bureau. Anja en ik zijn het met elkaar eens dat het de beste oplossing is om Koos veilig in een arrestantenverblijf te plaatsen en bij de broer van Koos aan de deur te gaan. Het valt me op dat het kenteken van de BMW nagenoeg gelijk is aan die van onze 4 weken oude Mercedes, dus heel oud zal hij niet zijn. De BMW wordt weggetakeld en wij bellen aan op het adres van zijn broer, tevens het adres van de vader en moeder van Koos.
Slaperig opent de vader van Koos de deur en kijkt ons fronsend aan als we vragen of hij de vader is van Koos. Als we vertellen waar voor we komen is hij wel gelijk klaarwakker. Hij zucht zwaar en laat ons binnen. Hij haalt gelijk de broer van Koos uit bed en Koos heeft niet gelogen. Hij gilt, schreeuwt en krijst alles bij elkaar en roept : “Ik maak hem dood, ik maak hem dood!”.

We proberen er alles aan te doen om de broer rustig te krijgen wat redelijk lukt. Maar als de broer vraagt of de schade misschien nog te repareren is voor de bruiloft, schiet ik bijna in de lach. Ik vertel hem, met moeite mijn gezicht in de plooi houdend, eerlijk dat de hele voorzijde zwaar beschadigd is en dat dit zeker niet gaat lukken. Het gevolg is weer dat hij begint te gillen : “Ik maak hem dood!”. We besluiten om maar weg te gaan en spreken met de vader van Koos af dat deze naar het politiebureau komt, om te kijken wat we het beste kunnen doen.

We rijden vervolgens naar de noordkant van de tunnel toe en treffen daar bij de betonnen barrier een enorme hoeveelheid brokstukken aan, waaronder ook de kentekenplaat van de BMW. Dat is dus duidelijk. De barrier heeft echter geen schade, dus we rapen alle brokstukken van de weg, vegen de boel aan, nemen de kentekenplaat mee en rijden naar het bureau.

In overleg met zijn vader laten we Koos voor zijn eigen veiligheid en om de gemoederen te bedaren overnachten in ons ‘hotel’. Later hoorden we dat de chef van dienst een goed gesprek had gehad met de vader van Koos en diens broer. Hij mocht toch op de trouwdag zijn van zijn broer, onder twee voorwaarden. Hij moest heel de dag zich gedeisd houden en zeker geen discussie met zijn broer aangaan. Ik ben benieuwd hoe het gegaan is die dag en wat voor trouwauto ze hadden. De verzekering keert de schade van de BMW wel uit, maar zal dit verhalen op Koos of diens ouders. Ik zou hier toch wel pijn in mijn buik hiervan hebben.